De Wildparken

 

Serengeti Nationaal Park

Het Serengeti Nationaal Park is met zijn 14.760 Km2 het grootste en belangrijkste park van gans Afrika. Het landschap is erg gevarieerd, de uitgestrekte grasvelden met de hier en daar uitstekende granieten "kopjes", de savannes met hun her en der verspreide prachtige acacias, de beboste heuvels en bergen zorgen voor een uitzonderlijk decor voor de ontelbare diersoorten die hier aanwezig zijn.

Het Serengeti park was vroeger weinig bekend tot na Wereldoorlog I jagers het gebied bekendheid gaven. Het nationaal park werd gesticht in 1951. De meest voorkomende antiloopsoorten zijn: gnoes (1.3000.000), thomsomgazelles (250.000), impala's (70.000), topi's (50.000), grant gazelles (30.000), kongoni's (15.000), en elanden (10.000). Andere antiloopsoorten zoals de dik-dik's, klipspringers, roans, oryxen, oribi's en waterbokken komen in mindere mate voor. Na de gnoes zijn de zebra's (200.000) zeker het meest populair.

Verder treffen we in dit park een groot aantal buffels (zeer gevaarlijk), giraffen en wrattenzwijnen aan. Olifanten zijn eerder zeldzaam en de zwarte olifanten houden zich vooral op in de buurt van "Moru koppies". Bavianen vind men praktisch overal terug. Bij de katachtigen zijn het vooral de leeuwen die meestal de show stelen maar ook luipaarden, gevlekte hyena's, jakhalsen, vossen, wilde katten en nog vele anderen zijn veelvuldig aanwezig.

to top

Ngorongoro krater

Temidden van het 8.300 Km2 beschermd Ngorongorogebied ligt de Ngondogoro krater en het Magadi-meer. De krater heeft een oppervlakte van 265 Km2 bij een diameter van 18 km en herbergt ongeveer 30.000 dieren.

De bodem van de Ngorongoro krater ligt 600 m onder de rand. Sommigen noemen de krater zelfs het 8ste wereldwonder. Naargelang je de bodem van de krater nadert wordt je je meer en meer bewust van de grootsheid van dit natuurwonder. Alle mogelijke dieren die je terugvindt in Serengeti komen ook hier voor maar vooral de watervogels trekken hier alle aandacht. Ooievaars, pelikanen, roze flamingo's, allerlei soorten eenden en ganzen zijn van de partij. Maar ook olifanten, nijlpaarden, buffels, gnoes, zebra's, leeuwen, hyena's en vossen voelen zich hier thuis en blijken de toeristen zeker niet vijandig gezint.

to top

Manyara Nationaal Park

Het Manyara park heeft een oppervlakte van 325 Km2 en is gelegen tussen de klippen van de grote Rift vallei en het Manyara meer. Het meer op zich heeft een oppervlakte van 230 Km2. Buiten zijn 380 vogelsoorten herbergt dit park ook een uitgebreide variatie van zoogdieren. Het park heeft bijvoorbeeld de grootste concentratie van olifanten van gans Afrika ( 7 per vierkante kilometer ) maar daarbuiten is het ook de verblijfplaats van nijlpaarden, giraffen, leeuwen, zebra's, apen en nog zovele anderen.

to top

Tarangire Nationaal Park

Ook hier weer stoot men op een grote varieteit van dieren. De beboste en vochtige rivieroevers zijn natuurlijk uitstekend grasland voor olifanten die dan ook in grote getale aanwezig zijn. Bij een recente telling bereikte hun aantal zelfs 3.000 stuks.

Zij verplaatsen zich in kuddes van 20 à 30 dieren vooral moederdieren met hun jongen. Maar ook de verschillende soorten antilopen zijn alomtegenwoordig. Gevlekte- en gestreepte hyena's zorgen ervoor dat al de kadavers grondig worden opgeruimd.

Maar ook jakhalzen zijn hier van de partij. Buiten de talrijke zoogdieren heeft men in dit park ook 300 verschillende vogelsoorten opgetekend, teveel om op te noemen.

to top

Arusha Nationaal Park

Het Arusha Nationaal Park gelegen ten noordwesten van de stad Arusha, en op 60 Km van de Internationale luchthaven; Kilimanjaro is met zijn 137 Km2 wel het kleinste maar wel het mooiste park. Door zijn hoogteverschillen die liggen tussen de 1.500 en de 4.466m is het op vlak van fauna en flora zeker het meest verscheiden van al de parken. Het park is dan ook druk bewoond door een kleurijke en uitgebreide variatie van allerlei zoogdieren, reptielen en vogels.

Het park bestaat uit drie aparte zones elk met hun eigen diversiteit en schoonheid; er zijn de weelderig begroeide moerassen rond de Ngurdoto krater (soms de kleine Ngorongoro genaamd), de rustige schoonheid van de Momela meren met elk hun eigen kleurenschakeringen en het rotsachtige gebied van de Meru-berg die met zijn 4.566m torenhoog uitsteekt boven het omliggende landschap.

De Ngurdoto krater is omringd door bossen maar het grootste gedeelte van de kratervloer bestaat uit moerasland. Ten Westen van de krater ligt Serengeti Ndogo of klein Serengeti een open grasland en de enige plaats in dit park waar men kuddes Burchell-zebras kan aantreffen. Burchell was een Engelse botanicus, dierkundige en ontdekkingsreiziger die leefde in de 19de eeuw.

De Momela-meren bestaan eigenlijk uit het grote Momela-meer, het kleine Momela-meer, het Rishatrni-meer en het Tulusia-meer. Zoals de meeste meren in de Rift-vallei zijn ook deze meren alkalisch en ondiep een gedroomde broed- en verblijfplaats voor waadvogels met vooral de flamingos. De verschillende meren worden gevoed door ondergrondse stromen waarvan het water een verschillende minerale samenstelling heeft. Door deze variatie groeien in de verschillende meren ook verschillende algen wat aan elk meer zijn eigen kleur geeft. Ook het vogelbestand is erg verschillend van meer tot meer. De meren zijn gescheiden door smalle landstroken met gras en lichte bebossing.

De omgeving van de Meru-berg is een mengeling van rotspartijen en dichte bossen. Ook hier weer is er een overwelgende hoeveelheid van dieren, zebras, waterbuffels, olifanten, reebokken, nijlpaarden, wrattezwijnen, apen en zelfs jachtluipaarden voelen zich hier prima thuis. Alleen neushoorns en leeuwen zijn hier niet van de partij tengevolge van de jarenlange strooppartijen.

De Meru-berg op zich heeft een doormeter van ongeveer 20 Km met een hoogte van 4.566m waardoor hij torenhoog uitsteekt boven de omringende vlaktes. Van boven gezien lijkt de vulkaan op een reusachtig hoefijzer met in het midden een bijna perfekte kegel. De kliffen onder het hoogste punt van de Meru-berg en aan de binnenzijde van de kegel hebben een hoogte van 1.500m en zijn hierdoor de hoogste van Afrika. Recente uitbarstingen hebben een niewe askegel doen ontstaan.

to top

Natron Meer

Het Natron meer, een alcalisch meer met een lengte van 60 Km, grenst in het noorden aan Kenia. Het meer is vooral gekend als verzamelplaats van duizende flamingo's. Gezien het meer geen natuurlijke afvloeiing heeft zijn zijn peil en afmetingen erg variabel naargelang het seizoen. De moerassige oevers maken de toegang het grootste gedeelte van het jaar erg moeilijk.

to top

Eyasi Meer

Het Eyasi meer ligt in vogelvlucht ongeveer 150 Km ten westen van Arusha. De weg loopt via Mto Wa Mbu verder door naar het Eyasi meer verblijfplaats van de Hadzabi stam. De Hadzabi-stam is een zeer oude volksstam die waarschijnlijk al meer dan 10.000 jaar in dit gebied woont. Hun taal, de kliktaal, gelijkt erg veel op deze van de Bosjesmannen in Zuid-Afrika. Buiten deze Hadzabi vind men er ook de Wambulu die van Koesjitische (Nubische) oorsprong zijn, de Masai die van Nilotische (Nijl) oorsprong zijn en verschillende Bantoegroepen die ongeveer 2.000 jaar geleden migreerden vanuit Kameroen. Bijzonder aan dit gebied is het feit dat hier de vier belangrijkste talen van Oost-Afrika worden gesproken.

Het Eyasi zoutmeer ligt op ongeveer 1 Km tussen wat men de Eyasi helling noemt, een 1000 meter hoge granieten steile rotswand, in het noorden en de Kidero-bergen in het zuiden. Het is een zeer warm en droog gebied.

to top